Wat zijn mensenrechten?
Iedereen heeft mensenrechten. Dit zijn fundamentele, universele rechten waarop je aanspraak kan maken, ongeacht je nationaliteit, geslacht, afkomst, religie of andere kenmerken. Ze zijn er om je te beschermen, overal en altijd.
Er zijn veel verschillende mensenrechten. Denk bijvoorbeeld aan:
Vrijheid van meningsuiting, recht op inclusie voor personen met een handicap, recht op onderwijs, recht op een eerlijk proces, recht op vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst, recht op eigendom, recht op privacy, enzovoort.
Al deze rechten beschermen de essentiële voorwaarden die nodig zijn om een waardig menselijk leven te leiden.
Als je mensenrechten worden geschonden - door een overheid, een bedrijf of een andere organisatie, of door je medeburgers - kan je je rechten afdwingen. Het Vlaams Mensenrechteninstituut informeert je over hoe je dit kan doen.
Ook het recht om niet gediscrimineerd te worden, is een mensenrecht.
Wat is discriminatie?
Wanneer iemand je minder gunstig behandelt of je benadeelt op basis van bepaalde kenmerken, is er sprake van discriminatie.
Kenmerken
Het is verboden om te discrimineren op basis van de volgende kenmerken:
Geslacht, gezinsverantwoordelijkheden, leeftijd, seksuele oriëntatie, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, syndicale overtuiging, taal, gezondheidstoestand, handicap, fysieke of genetische eigenschap, sociale positie, nationaliteit, zogenaamd ras, huidskleur, afkomst, of nationale of etnische afstamming.
Wat valt onder gezinsverantwoordelijkheden?
Gezinsverantwoordelijkheden doelen op: het aanvragen of opnemen van adoptieverlof, moederschapsverlof, borstvoedingsverlof, geboorteverlof, ouderschapsverlof, zorgverlof, pleegouderverlof, arbeidsverzuim wegens overmacht in verband met dringende familieomstandigheden, in geval van ziekte of een ongeval, flexibele arbeidsregelingen voor zorgdoeleinden, tijdskrediet, zorgkrediet of andere wettelijke verlofregelingen met als doelstelling om voor werknemers een betere combinatie van werk en gezin mogelijk te maken.
Wat valt onder geslacht?
Onder geslacht kunnen ook de volgende kenmerken vallen: genderidentiteit, genderexpressie, zwangerschap, bevalling, moederschap, het geven van borstvoeding, adoptie, medisch begeleide voortplanting, vader- en meemoederschap, geslachtsverandering of seksekenmerken.
Wat valt onder burgerlijke staat?
Onder burgerlijke staat valt ook gezinssamenstelling.
Vormen van discriminatie
Er zijn verschillende vormen van discriminatie. Het Vlaams Mensenrechteninstituut helpt je verder met elke discriminatievorm.
Directe discriminatie
Je wordt minder gunstig behandeld op basis van een van de bovenstaande kenmerken. Daarvan is bijvoorbeeld sprake wanneer iemand zich omwille van diens handicap niet mag inschrijven voor een opleiding.
Indirecte discriminatie
Ook wanneer dezelfde behandeling voor iedereen wordt toegepast, kan er discriminatie zijn, namelijk wanneer die behandeling een discriminerende impact heeft. De op het eerste gezicht neutrale behandeling zorgt ervoor dat je op basis van een beschermd kenmerk in het bijzonder benadeeld wordt. Bijvoorbeeld: het vereisen van een bepaald aantal jaar ervaring voordat iemand voor een bepaalde job in aanmerking kan komen, zal vooral jongeren uitsluiten en kan dus een indirecte discriminatie vormen.
In sommige gevallen kan een direct of indirect onderscheid wel toegelaten zijn (‘rechtvaardiging’). Een ongunstige behandeling kan objectief worden gerechtvaardigd door een legitiem doel en als de middelen voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk zijn.
(Seksuele) intimidatie
Je komt in aanraking met ongewenst gedrag dat te maken heeft met een van de beschermde kenmerken. Dit gedrag heeft tot doel of gevolg dat je waardigheid wordt aangetast en er wordt een vijandige, beledigende, kwetsende of vernederende omgeving gecreëerd. Denk bijvoorbeeld aan een leraar die doorheen het schooljaar een leerlinge viseert en voor de rest van de klas belachelijk maakt omwille van haar religie.
Er is sprake van seksuele intimidatie als dergelijk gedrag een seksuele connotatie heeft.
Weigeren van een redelijke aanpassing
Je vraagt omwille van je handicap een redelijke aanpassing maar die wordt niet voorzien. Redelijke aanpassingen zijn maatregelen die personen met een handicap in een onaangepaste omgeving toelaten om op gelijke basis met anderen te participeren. Denk bijvoorbeeld aan de vraag om deeltijds te werken als dat het mogelijk maakt om met je handicap te werken of het gebruik van een laptop met voorleessoftware tijdens een examen voor een student met dyslexie. Degene van wie je de aanpassing vraagt, mag die enkel weigeren wanneer de aanpassing een onevenredige belasting zou inhouden. Het Gelijkekansendecreet voorziet een voorbeeldprocedure die je kan gebruiken om redelijke aanpassingen aan te vragen.
Binnen het toepassingsgebied van het decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt kan je ook als persoon van een bepaald geslacht, een zogenaamd ras, een bepaalde etnische afstamming, godsdienst of overtuiging, leeftijd of seksuele oriëntatie vragen om te voorzien in redelijke aanpassingen. Het gaat dan om passende maatregelen zodat je toegang tot arbeid hebt, in arbeid kan participeren of vooruitkomen of een opleiding kan genieten tenzij deze maatregelen een onevenredige belasting vormen. Dit is enkel zo binnen het toepassingsgebied van het decreet, met name bij:
- de intermediaire organisaties en personen die zich bezig houden met beroepskeuzevoorlichting, beroepsopleiding, loopbaanbegeleiding en arbeidsbemiddeling;
- de Vlaamse diensten en het Vlaams overheidspersoneel en onderwijspersoneel, hun bepalingen en arbeidsvoorwaarden;
- de andere werkgevers en werknemers voor de beroepsopleiding en tewerkstelling van personen met een handicap.
Opdracht geven tot discrimineren
Het is verboden om anderen de opdracht te geven om te discrimineren. Denk bijvoorbeeld aan verhuurders die een immokantoor opdragen hun pand niet te verhuren aan koppels van hetzelfde geslacht.
Er kan ook sprake zijn van discriminatie zonder dat er een specifiek slachtoffer is. Denk bijvoorbeeld aan een bedrijf dat een vacature uitschrijft die (in)direct bepaalde groepen uitsluit. Voor het vaststellen van discriminatie is dan niet vereist dat er een specifiek slachtoffer geïdentificeerd kan worden.
Welke kaders zijn er?
Wetgeving
- Belgische grondwet
- Wet 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie (“antidiscriminatiewet”)
- Wet 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenophobie ingegeven daden (“antiracismewet”)
- Wet 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen (“genderwet”)
- Wet 22 mei 2014 ter bestrijding van seksisme in de openbare ruimte en tot aanpassing van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie teneinde de daad van discriminatie te bestraffen (“seksismewet”)
Mensenrechtenverdragen
- Universele Verklaring Rechten van de Mens
- Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens
- VN-verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten
- VN-verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten
- VN-verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap
- VN-verdrag inzake de Uitbanning van alle vormen van Rassendiscriminatie
- VN-verdrag inzake de Uitbanning van alle vormen van Discriminatie van Vrouwen
- Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld, gedaan te Istanbul op 11 mei 2011
EU-richtlijnen
- Richtlijn 2000/43/EG van de Raad van 29 juni 2000 houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van personen ongeacht ras of etnische afstamming
- Richtlijn 2004/113/EG van de Raad van 13 december 2004 houdende toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen bij de toegang tot en het aanbod van goederen en diensten
- Richtlijn 2006/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende de toepassing van het beginsel van gelijke kansen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen in arbeid en beroep (herschikking)
- Richtlijn 2010/41/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 betreffende de toepassing van het beginsel van gelijke behandeling van zelfstandig werkzame mannen en vrouwen en tot intrekking van Richtlijn 86/613/EEG van de Raad
- Richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep;
- Richtlijn 2002/73/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 september 2002 tot wijziging van richtlijn 76/207/EEG van de Raad betreffende de tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de toegang tot het arbeidsproces, de beroepsopleiding en de promotiekansen, en ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden;
- Richtlijn 2011/98/EU van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 betreffende één enkele aanvraagprocedure voor een gecombineerde vergunning voor onderdanen van derde landen om te verblijven en te werken op het grondgebied van een lidstaat, alsmede inzake een gemeenschappelijk pakket rechten voor werknemers uit derde landen die legaal in een lidstaat verblijven;
- Richtlijn 2014/54/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende maatregelen om de uitoefening van de in de context van het vrije verkeer van werknemers aan werknemers verleende rechten te vergemakkelijken;
- Richtlijn (EU) 2016/801 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van derdelanders met het oog op onderzoek, studie, stages, vrijwilligerswerk, scholierenuitwisseling, educatieve projecten of au-pairactiviteiten;
- Richtlijn (EU) 2019/1158 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende het evenwicht tussen werk en privéleven voor ouders en mantelzorgers en tot intrekking van Richtlijn 2010/18/EU van de Raad;
- Richtlijn (EU) 2023/970 van het Europees Parlement en de Raad van 10 mei 2023 ter versterking van de toepassing van het beginsel van gelijke beloning van mannen en vrouwen voor gelijke of gelijkwaardige arbeid door middel van beloningstransparantie en handhavingsmechanismen.